De KNLTB werkte al nauw samen met gecertificeerde tennisscholen en om de ontwikkeling en doorstroming van talent nog meer te stimuleren is er in 2020 gestart met instroomtraining voor de leeftijdsgroepen oranje (7/8 jaar) en groen (9/10 jaar). Middels een voorspeeldag worden kinderen geselecteerd. “Maar lang niet alle kinderen die geschikt zijn worden naar een voorspeeldag gestuurd”, denkt de in Groningen werkzame tennistrainer Edwin Buruma.
Buruma geeft les aan talenten op de instroomtraining in Groningen en bij Tennisteam het Noorden, de enige door de KNLTB gecertificeerde onderbouw tennisschool van Groningen, Friesland en de kop van Drenthe. Volgens hem is de samenwerking tussen clubtrainers, tennisscholen en instroomtrainers goed in het noorden van het land. “Er heerst geen vijandige sfeer van 'dit is onze speler'. De meesten zijn welwillend om te helpen in de ontwikkeling van het talent”, zegt Buruma, die het belang van een goede samenwerking benadrukt.
“Het belangrijkste is dat de samenwerking tussen de trainers zo optimaal mogelijk is, zodat het talent tot volle wasdom kan komen. Samen maken we elkaar sterker. Als de samenwerking goed is, werk je samen naar iets moois toe. Als je allemaal op een eiland zit en elkaar niet bereikt; daar wordt niemand beter van.”
Ondanks de goede samenwerking denkt Buruma dat er nog een hoop te winnen valt als het gaat om talentherkenning. “Als tennisschool proberen we dan ook clubtrainers te bewegen om meer kinderen naar de voorspeeldagen te sturen. Tegen clubleraren die huiverig zijn, zou ik willen zeggen, 'kom eens langs op een van onze bijeenkomsten, kijk wat we doen.' Met zijn allen hopen we meer kinderen de prestatieve kant op te krijgen”, aldus Buruma, die denkt dat er in het hoge noorden meer talent huist dan nu naar voren komt.
Talenten samenbrengen
“Het liefst zou ik dagen door de provincie toeren om te kijken wat er rondloopt. Lang niet alle kinderen die geschikt zijn, worden naar een voorspeeldag gestuurd. Een clubtrainer kan bijvoorbeeld denken dat de bewegingsvaardigheid niet goed genoeg is, of het tennisgedeelte. Ze weten vaak niet welke kinderen ze kunnen sturen. Het blijft een mooie uitdaging om talenten boven te laten drijven, maar dat heeft wel tijd nodig”, zegt Buruma na het eerste jaar instroomtraining, een dertigweeks trainingsprogramma, bedoeld om de talenten samen te laten trainen en van elkaar te laten profiteren. “Je ziet vaak dat bij een vereniging één of twee echt goede spelers rondlopen. Die hebben weinig uitdaging op hun club. Het samenbrengen van die talenten heeft een positieve invloed op hun ontwikkeling. Samen wordt je beter.”
Clubtraining blijft
Het is een voorwaarde van de KNLTB dat de clubtraining onderdeel blijft uitmaken van het pakket. “Op de middelbare school valt de clubtraining misschien wat vaker weg, maar op jongere leeftijd is het belangrijk dat je je vriendjes, vriendinnetjes hebt, de competitie en toernooitjes op de club”, zegt Buruma. “En laat ze ook andere sporten doen naast het tennis. Het is alleen maar goed als ze allrounder worden in het bewegen. Eigenlijk zijn alle vormen van bewegen naast het tennis goed.”
Overleg tussen trainers
Om de ontwikkeling zo optimaal mogelijk te laten verlopen is er regelmatig overleg tussen de clubtrainer en de instroomtrainer. “Vooral de technische afstemming is belangrijk”, weet Buruma. “Als de ene trainer 'dit' zegt en de andere trainer 'dat' raakt het kind in de war. Je ziet dat de instroomtraining vaak leidend wordt. Maar als iemand op de club al privétraining heeft dan blijft die vaak leidend. Daar hebben we overleg over. Het hangt er vanaf wat het kind al doet op de vereniging.”