HK211013 0671

Update Licentie en PO-structuur: wat verandert er voor jou?

Leraren bepalen voor een groot gedeelte het plezier dat spelers aan de sport beleven en in grote mate ook het succes van de club. Het is daarom belangrijk dat leraren over bepaalde vaardigheden beschikken om les te geven en zich blijven ontwikkelen. Om die reden is in 2016 het systeem van Permanente Ontwikkeling (PO) doorgevoerd.

Padelleraren

In de afgelopen vijf jaar is er veel gebeurd. Zo is het bijscholingsaanbod uitgebreid, zijn er meer digitale mogelijkheden en hebben we geïnvesteerd in de kwaliteit van de sessies. Concreet zijn er dus meer opties om de punten te verzamelen die nodig zijn voor verlenging van de licentie. Aan dat puntensysteem gaat nu iets veranderen. De belangrijkste reden is het feit dat naast tennis ook de padelsport onder de vlag van de KNLTB is gebracht en we dus niet meer alleen tennis-, maar ook padelleraren ondersteunen.

Vanaf nu dienen, naast de tennisleraren, ook de padelleraren PO-punten te behalen om hun licentie te kunnen verlengen. Het PO-systeem moest dus worden uitgebreid naar twee types leraren. “En eigenlijk heb je het over drie tupes”, zegt Ruben Neyens, Coördinator Leraren bij de KNLTB. “Want er zijn ook leraren die zowel tennis- als padelles geven.”

Onderstaande afbeelding geeft overzichtelijk de nieuwe situatie weer:

Wijzingen
Vanaf nu zijn er drie soorten bijscholing:

  • voor de tennisleraar
  • voor de padelleraar
  • een algemeen deel, geschikt voor beide leraren

Hierdoor hebben we wijzigingen in het puntensysteem aangebracht. Deze wijzigingen hebben voor tennisleraren in de praktijk weinig gevolgen. Tennisleraren hebben nog steeds 24 punten nodig om na twee jaar de licentie te behouden, maar zijn vanaf nu wel verplicht minimaal 8 punten te halen op basis van tennisspecifieke bijscholing. Voor padelleraren geldt hetzelfde: 24 punten in totaal en minimaal 8 padelspecifiek. 

Nieuw: PO voor de tennis- én padelleraar
De belangrijkste veranderingen in het PO-systeem gelden voor de leraren die zowel een tennis- als een padellicentie hebben. Zij moeten vanaf nu voor licentiebehoud elke twee jaar 32 punten behalen, waarvan minimaal 8 tennis- en minimaal 8 padel-specifiek. Neyens: “Met het PO-systeem willen we dat leraren zich vooral ontwikkelen in hún beroep. Vandaar dat we van tennisleraren minimaal 8 tennisspecifieke punten vragen en van padelleraren 8 padelspecifieke punten. Hoe zij de rest van de punten behalen, mogen zij zelf bepalen. Over de leraren die beiden doen, hebben we goed moeten nadenken. Want wil je dat mensen zich goed bekwamen in hun beroep en is iemand tennis- en padelleraar, dan zou die persoon dus eigenlijk 48 punten moeten behalen. Maar dat was eigenlijk geen optie, een leraar is in sommige opzichten ook gewoon leraar. Sommige stof is voor elke trainer toepasbaar, ongeacht de discipline. Van iemand die twee beroepen uitoefent, mogen we echter wel een extra inspanning verwachten. Dus zijn we uitgekomen op 32 punten.”

Lerarenregister 
Vanaf nu is de status van de licentie van de leraar ook openbaar. In het zogenoemde lerarenregister kunnen spelers en verenigingen checken wat de status van de licentie van de leraar is.